Home


Ad Hoc Opdracht



Bij een ad hoc arbitrage hebben de partijen zich niet verbonden aan een derde om de procedure te organiseren en/of de arbiters aan te duiden.

- ofwel komen ze overeen één arbiter aan te duiden
- ofwel kiezen ze elk één arbiter en deze twee arbiters kiezen een derde
- ofwel geraken ze er niet uit en vragen ze aan de Voorzitter van de Rechtbank van Eerste Aanleg om een arbiter aan te duiden

Daarmee is de kous echter niet af. Want hoe moet die arbiter nu zijn procedure organiseren, met welke termijnen en tegen welke vergoeding ? Dit schept uiteraard een grote onzekerheid voor de partijen.

In een Ad Hoc arbitrage wordt de opdracht en de procedure valstgelegd in een "akte van aanstelling".

Om de procedurepunten, die in feite niets met de grond van het geschil te maken hebben, op te lossen moet de arbiter in een ad hoc arbitrage een eerste vergadering plannen met alle partijen en een het resultaat van de bespreking over de te volgen procedure vastleggen in zijn akte van aanstelling.
Het probleem bij ad hoc arbitrege is:
- als één partij gewoon niet opdaagt
- als partijen geen beroepsniveau aanvaarden verliezen ze dat recht

Al deze elementen verklaren waarom de ad hoc arbitrages soms meer problemen scheppen dan oplossen en dat bepaalde partijen niet meer willen weten van arbitrage. De onzekerheid in hoofde van de arbiters is groot en het waarborgen van redelijke termijnen lijkt dan meestal zwaar gehypothekeerd te zijn door al die nevendiscussies. In bepaalde gevallen wordt dit opgevangen door tijdens de installatievergadering de termijnen en de werking van de Standard Dispute Rules voor te stellen aan de partijen.